3.3 Vingerknelgevaar

Vingerknelgevaar testen we bij openingen die zich op minimum 1000 mm boven de grond of stavlak bevinden. Ook gaan we vingerknelgevaar nakijken daar waar kinderen een gedwongen beweging ondergaan. Als laatste kijken we uiteraard ook open buiseinden na!

Spleetvorming in hout!

Spleetvorming in hout zal niet aanzien worden als vingerbeknelling als de spleet naar het midden toe kleiner wordt

Hoe de test uitvoeren?

We brengen de vingerprobe in de opening in. Als de vingerprobe een hoek vormt die kleiner is dan 45° ten opzichte van het horizontale vlak waar de opening zich in bevindt, dan is er geen vingerknelgevaar mogelijk.

Als de probe echter een hoek vormt met het horizontale vlak die groter is dan 45¨dan bestaat er een kans op vingerknelgevaar. In dit geval dient dan ook de “duim”portie van de vingerprobe door de opening heengaan.

Meer informatie ivm de vingerprobes kan je vinden in 3.7 De probes voor vingerknelgevaar