3.2 Nekknelgevaar

=> Nekknelgevaar testen we bij openingen die zich op minimum 600 mm van de grond bevinden.

Nekknelgevaar is en blijft een zorgenkind! Het gebruik van de probe brengt veel inspecteurs in de problemen. Op zich is de test opgedeeld in 2 stappen. Stap 1 bepaald of een opening toegankelijk is. Is een opening volgens stap 1 niet toegakelijk dan stopt daar de testprocedure. Is de opening wel toegakelijk voor de probe dan moet stap 2 van de procedure uitgevoerd worden.

Stap 1 toegankelijkheid van de opening testen

We plaatsen de probe vlak met het nek/shouder gedeelte boven de opening.

Situatie 1 die je hiernaast ziet geeft aan dat de opening toegankelijk is. We zien namelijk dat het materiaal waar de opening zich in bevind boven de nekportie uitkomt. (zie foto hieronder als praktijkvoorbeeld)

Situatie 2 geeft aan wanneer een opening niet toegankelijk is. We zien immers dat de schouders boven het materiaal uitkomt waar de opening zich bevind. In deze situatie kunnen kinderen uit zichzelf loskomen uit de opening. (zie foto hieronder als praktijkvoorbeeld)

Situatie 1
Situatie 2 (foto nog aan te passen)

Alternatief voor situatie 2

Voor situatie 2 is het niet noodzakelijk dat beide schouders “vrij” zijn! Als één schouder vrij is is dit reeds voldoende om los te komen als kind. De foto hiernaast geeft dergelijke situatie weer.

Stap 2 De test van de 3 gebieden

Als de opening toegankelijk is moet stap 2 van de test gebeuren. Afhankelijk in welke positie de opening zich bevindt zal de test dus in 1 van de 3 gebieden moeten gebeuren.

3 gebieden

Gebied 1 bevind zich links of rechts tot 45° tov de loodrechte lijn. Met andere woorden kunnen we dus binnen dit gebied de test uitvoeren

Als de kin niet in contact komt met de onderzijde van de opening dan is dit niet ok en bestaat er dus nekknelgevaar.

Komt de kin in contact met de onderzijde van de opening dan is er geen mogelijkheid tot nekknelgevaar en is de situatie dus OK

Gebied 2 bevind zich tussen 45° en 90 ° tov de loodrechte lijn. Dit is dus de (bijna) liggende positie van de opening.

Als de kin in contact komt met de “onderzijde” van de opening maar de schouderpartij kan niet in de opening dan is dat niet ok en bestaat er dus kans op nekknelgevaar.

Als de kin in contact komt met de “onderzijde” van de opening en de schouderpartij kan in de opening dan is dat ok en is er dus geen kans op nekknelgevaar.

Gebied 3 is het gebied dat neerwaarts gericht is. In dit gebied is het zo dat kinderen door de zwaartekracht uit de opening kunnen komen.